Lang geleden, een graaf van de verre landen passeerde op zijn prachtige ros, in het land van de Val Tramigna en klom op naar het plateau van de berg Crocetta. De graaf ging op een steen zitten om een beetje uit te rusten waarnaar hij per toeval ontdekte dat het landschap vanaf daar prachtig was. Het daglicht streelde de heuvels, achter het profiel van een kasteel, de steile daken van kleine huizen, de witte paden en gecultiveerd land, en verspreid in de zachte wind. Het landschap, de zachte geur van most bereikt die zijn neus bereikt en de rust die hij op dat moment voelde, adviseerde hem een woning te vinden in dat land. Zo kwam het dat hij vanaf die dag de Graaf van Campiano werd.